Er zijn alleen ondergedoken bladeren. Ze zijn klein, donkergroen en met korte stevige onbuigzame uitstaande slippen in een plat vlak haaks op de stengels. Als de plant uit het water wordt gehaald blijven de bladeren stijf.
Bloemen
Witte bloemen, 1 tot 2 cm groot, de kroonbladen zijn 4 tot 9 mm, elkaar met de randen bedekkend, bloembodem behaard.
Vruchten
De onrijpe vruchtjes zijn behaard, maar bij rijpheid vaak kaal, met een lang rechtopstaand stijlpuntje. Vruchtstelen tot 10 cm, duidelijk langer dan de bladeren.
Vrij algemeen in laagveengebieden, het noordelijk zeekleigebied, het rivierengebied en de Hollandse duinen, elders zeldzaam tot zeer zeldzaam.
België
In Vlaanderen een zeldzame soort met een onduidelijk verspreidingspatroon, al is er een voorkeur voor de kustpolders. In Wallonië is het een zeer zeldzame plant.